PvdA: “Van Zwanenburg slaat plank mis in woonwagenkwestie”

De lokale Partij van de Arbeid vindt dat wethouder van Zwanenburg de plank mis slaat met zijn opmerking dat de voor een woonwagenstandplaats actievoerende familie Wolters, een vertegenwoordiger in de Raad zou hebben. Hij deed die uitspraak in de Tubantia. Volgens de sociaal-democraten zet van Zwanenburg, die daarmee fractievoorzitter Fred Rijkens bedoeld, hen daarmee in een kwaad daglicht. Raadsleden mogen op basis van de belofte die ze afleggen niemand vertegenwoordigen in een gemeenteraad maar moeten het algemeen belang dienen. De bewering dat Rijkens regelmatig op de koffie gaat bij de familie Wolters rechtvaardigt volgens de PvdA zo’n conclusie niet. Daarnaast vind de partij dat dit soort opmerkingen afleiden van de fouten die het College op dit vlak heeft gemaakt. De PvdA deed eerder al het voorstel om van Zwanenburg van deze kwestie af te halen omdat hij daarvoor niet daadkrachtig zou zijn. Vaste brievenschrijver en PvdA-schaduwfractielid Carel Groothengel stuurde hierover een ingezonden brief naar deze site die hieronder is te lezen.

Raad met kunstgebitjes…

“Niet sjiek” zei de fractievoorzitter van het CDA. “Op de man gespeeld” zei de wethouder zelf. Een gemeenteraad controleert het College. Als het goed is spreken raadsleden zich uit over de bestuurlijke daden van dat College. Zolang dat het geval is, is het sjiek en niet op de persoon gericht. Dat ligt in onze gemeenteraad heel anders.

In essentie is onze gemeenteraad er een van gehoorzame gekozen mensen die onschuldige vragen stellen, moties indienen en hun eigen mening verkondigen voor zolang dat niet te veel afwijkt van die van anderen. Vuurwerk levert dat nooit op. Eigenlijk zijn de kaarten geteld en is er sprake van een soort ritueel en duf spel zonder gevolgen en eigenlijk zonder betekenis.

Een extern onderzoeker heeft het al eens gezegd, deze raad laat zijn tanden niet zien. Wat we eigenlijk zien zijn geen tanden maar eigenlijk kunstgebitjes en aan het gebruik van Kukident mag worden getwijfeld. Dat leidt tot rare reacties. Er zijn maar een paar mensen en partijen die wel hun tanden laten zien. Dat wordt eigenlijk als niet netjes gezien omdat onze raadsleden in meerderheid het verschil tussen politieke oordelen en persoonlijke verwijten niet kunnen maken.

Ik heb dat zelf meegemaakt rond de kap van de bomen aan de Gondalaan in Goor. Vrijwel de gehele gemeenteraad ging daar zonder vragen mee akkoord. Één partij zette vraagtekens en kreeg zeer oneigenlijke (persoonlijke) verwijten naar haar hoofd gesmeten. Ondanks dat zette die partij door en de bomen staan er gelukkig nog. Dat de partij die het gelijk aan haar kant had voor alles en nog wat is uitgemaakt is vergeten.

Wat blijft hangen is de kwaadheid over eigenwijsheid van die ene partij. Dankzij “alle partijen in de raad” zijn deze bomen behouden zo is de opvatting in de raad nu. Niets is natuurlijk minder waar. Die bomen staan er nog doordat een partij volharde, de bewoners actie voerden en het College uiteindelijk eieren voor haar geld koos en omdat de verkiezingen binnen een maand zouden plaatsvinden. De Raad deed feitelijk helemaal niks anders dan kwaad zijn op die ene partij die volharde (en uiteindelijk gelijk bleek te hebben). Had die partij dat niet gedaan dan waren de bomen (onnodig) gekapt.

En dan nu de woonwagenbewoners in onze gemeente. Geen partij die daar aanvankelijk iets over zei. Weer op één na. Dat een actievoerende woonwagenbewoner door ons gemeentebestuur, tegen de wet in, van hot naar her werd gestuurd en dat dat nu tot onvrede heeft geleid bij bewoners van die wijk. Dat zou wel moeten want duidelijk is dat de wethouder een fout heeft gemaakt en nu de schuld in de schoenen van de woonwagenbewoners schuift.

Dat er van alles is beloofd aan woonwagenbewoners en er nu eigenlijk niets gebeurt terwijl er sprake is van discriminatie is natuurlijk een kwestie van een tekortschietend bestuurder. Dat gebeurt echter nooit in deze raad tenzij een partij zoiets heel nadrukkelijk op de agenda zet. In dat geval worden moeten de raadsleden uit hun comfortzone en richten de pijlen zich op de boodschapper.

Een wethouder het verwijt maken dat hij niet daadkrachtig bestuurt op dit dossier en die klus maar beter kan overdragen aan een wethouder die wel daadkracht kent is natuurlijk niet leuk maar het hoort wel degelijk tot het politieke en niet tot het persoonlijke. Als alle raadsleden dat nou eens in hun oren knopen dan kunnen de kunstgebitten worden vervangen door echte tanden. Zo niet dan toch maar aan de Kukident lijkt me.

Overigens in het grijze verleden, toen wij ook in het College zaten, hebben wij zonder aanziens des persoons onze eigen wethouder ook op een bepaald dossier de waarheid gezegd. Dat was ook politiek en niet persoonlijk.

Carel Groothengel,

Schaduwfractielid PvdA en volger van raadsvergaderingen