De Olympische bronzen medaille van Marleen Veldhuis, gisteravond op de 50 meter vrije slag, was er een met een Goors randje en betekende de definitieve afsluiting van de periode ‘Hennie Alink’ in de vaderlandse zwemsport. De Goorse zwemtrainer is de ontdekker van de Bornse die gisteren haar eerste individuele Olympische medaille haalde in haar laatste wedstrijd. “Een prachtig resultaat en voor mij inderdaad de afsluiting van een prachtige periode. Marleen was de laatste”, zegt de inmiddels 65-jarige Gorenaar. Eerder in het Olympische tournooi in Londen zwaaide Hinkelien Schreuder al af met een zilveren estafette-plak. Ook zij komt uit de stal van Hennie Alink die met Schreuder en Veldhuis twee exponenten voortbracht vanuit de toenmalige zwemvereniging ‘De Whee’.
“Ik vind het wel ontzettend jammer dat ik er niet bij kon zijn. Dat was nog mooier geweest.” Toch heeft Alink nog regelmatig contact met haar pupillen. “Vooral met Marleen Veldhuis bel ik nog regelmatig. Bij haar ouders komen we een paar keer jaar. Het contact met Hinkelien is wat minder, maar uiteraard spreek ik vader Lex wel regelmatig.”
In het kielzog van de twee wereldtoppers was Hennie Alink ook de trainer van nationale zwemtoppers als Rieneke Schinkel, Marina Scheepbouwer en Ilse Kevelham. Alink zette Goor met de succesvolle zwemclub op de kaart en stopte in 2004 als trainer om vijf jaar later voor anderhalf jaar terug te keren. Anno 2012 is Alink nog steeds actief. “Ik train de triatleten van Van Wijnen op het zwemonderdeel en ben op dat vlak ook in Rijssen actief.” Het geeft aan dat het bloed bij Alink nog steeds kruipt waar het niet gaan kan. Sportief in alle vezels. “Ik heb noe de wielerkleding an en goa zo een end fietsen”, besluit het Goorse zwemicoon die ook als tafeltennisser zijn sporen verdiende.