Poasen…

Op mijn paasbest zit ik hier op de bank  in afwachting van het vertreksignaal dat me zal brengen naar een heerlijk paasontbijt bij mijn dochter. De hele bende zal er zijn. Kinderen en acht kleinkinderen die de nodige leven in de brouwerij zullen brengen. Mijn gedachten dwalen af naar hoeveel plezier dat allemaal geeft en hoe mooi het leven kan zijn. Maar ook weet ik hoe kwetsbaar leven kan zijn. Hoe op dit moment iemand knokt voor haar leven en hoe iemand anders het leven terug gegeven heeft omdat het te zwaar was geworden om te leven. Mijn gedachten gaan naar mijn kleinkinderen die zich staande moeten zien te houden in dit steeds ingewikkelder wordende leventje. Niet te zwaar maken, Jodocus. Pasen is vrolijkheid ! Het gaat een heerlijke dag worden ! En dan morgen…: De woonboulevard.

Jodocus

Ik ben gek op woonboulevards en koopgoten. Er kunnen er wat mij betreft niet genoeg van zijn. Morgen zal het er weer zwart zijn van de mensen die er helemaal op klaarkomen. Drommen mensen trekken in filevorm langs etalages en bankstellen die ze toch niet gaan kopen. Ze vieren het nieuwe leven, het voorjaar. Pakken samen op terrassen en gezelligheid viert de boventoon.

Heerlijk al die ruimte en stilte om me heen als ik morgen een wandeling maak door mijn geliefde landschap. enietend van het geluid van vogels en het voorjaar dat op ontploffen staat. Smaken verschillen, zeggen ze, en dat is maar goed ook. Wat smaak betreft is het trouwens te hopen dat het eitje straks goed gekookt is. Lekker zacht, zodat het geel zo lekker langs je vingers loopt en dat het zoutpotje nadien toe is aan een goede wasbeurt. Heerlijk die eitjes, teken van voorjaar en van het nieuwe leven .

Vanavond, voor het paasvuur, dat met het jaar kleiner wordt en waarbij de sponsorborden schreeuwerig proberen het volume te camoufleren, zullen we er nog even een rijtje tikken. Vroeger zag ik mijn oom Bernhard er met gemak minstens twintig wegwerken. Hoe de rest van zijn gezin het met hem de volgende ochtend kon uithouden wil ik niet weten, maar ik denk dat het stil rond hem geweest moet zijn. En wat te denken van al die gelovigen die de opstanding van de Heer gingen vieren in de kerk ? Ik heb wel eens gehoord dat je wel erg strak in het geloof moest zitten en er wel erg veel voor moest over hebben om dit te belijden in zo’n omgeving. Heiden zijn was nog niet zo gek in die tijd.

Ik zou zeggen: Tik d’r good wat vanoamd en völle wille bie ut Poasvuur. Loatte wie hoppen dat nit alle hoolt versnipperd geet wod’n want dan hebt wie helemoal geen Boake meer en is t’r ’n prachtige traditie noar de klootn.

’t Is wat…

Jodocus