Party-DJ, spiel nog einmal…

Afgelopen vrijdag hebben mijn maatje Jan en ik, het Goorse nachtleven eens van dichtbij bekeken. Ik stond er versteld van dat het in het Goorse centrum soms ook druk kan zijn. We zijn begonnen bij onze stamkroeg waar de biljard-grootmeesters van weleer hun huiskamer hebben. Prominenten van toen zijn, door de tand des tijds, vervangen door prominenten van nu. Excentrieke figuren die het ook echt verdienen om prominent genoemd te worden. Dit puur door karakter, een mening, door wat ze bereikt hebben én vooral door niet te wauwelen.

namens_niels

Ik sprak aan de bar een oude bekende Gorenaar. Hij deed mij direct denken aan mijn opa. Hij zei ook hetzelfde: “Weet ie wat er mis is met die jungskes, nog met vlasheure in de nekke, van tegenswoordig? Die snotterkukens mot is un betje meer met de oorne en de ogen en is wat minder met de lippe.” Daar had de oude baas in twee zinnen precies samengevat waar menigeen hele epistels voor nodig heeft en waarvoor allerlei dure “deskundigen” ingevlogen worden om ontsporende hangjeugd binnen de lijntjes te houden.

Mijn geweldige opa. Wat zou ik nog graag eens met hem willen discussiëren, aan de bar, in onze kroeg. We zouden het dan waarschijnlijk hebben over “zijn rooie Goor” en ik zou er tegenin gaan met de woorden dat D. Samsom het schijnbaar lekker vindt om keer op keer hard genomen te worden door Neerlands grootse jokkebrok- en bangerik nummer één.

Maar goed, de beste man is niet meer en we zitten in mijn café. Heel de ambiance ruikt, voelt en ziet zoals toen. Het oude vertrouwde leeft daar nog steeds. In dit cafeetje ben je jezelf, altijd welkom en hoef je nooit te vragen om een “re-fill”.

Ook het nauwelijks veranderde interieur van toen doet mij denken aan de zondagen bij opa en oma vroeger. Van die stugge hoogpolige tafelkleedjes waar je glas niet op wil blijven staan. Het ademt gezelligheid. Doe maar normaal, no nonsens en praatjes verkopen doe je maar een paar honderd meter verderop. Kortom, een plek waar ik graag kom.
“Do is een viltje onder oe glas! Ik blieve neet aan de gange” en “Ie denkt toch neet dat ik un koffiepompe bun?”, als iemand na 00.00 uur nog om koffie vraagt.

Om een uur of 01.00 heb ik het wel gezien. Zat e had en de piep’n strak. Even betalen. Kan ik hier pinnen? “Zee ik d’r uut as een banke?” is het antwoord. “Hier tegenoaver is wa een flappentap en anders betaal ie de volgende keer ma want ik kan mie neet veurstel’n daw van oe of bunt!” Briljant ! Ik hou d’r van. Ik hou van dat café en zijn mensen.

Mijn vriend Jan heeft nog niet genoeg gehad van de vrijdagse Goorse gezelligheid en sleept mij mee naar een buurman van ons stamkroegje. Het valt mij op dat het na 01.00 uur ’s nachts drukker is in het Goorse centrum dan tijdens de wekelijkse koopavond. 3 Telefoonwinkels, tig kappers, te veel van hetzelfde. Niet bij de Goorse horeca. Drie cafés op een rij, allemaal bomvol! Het ondernemersclubje van Goor zou daar eens een werkbezoek moeten brengen en heel goed opletten. En dan graag iets meer met de oren en de ogen dan met de “lippe”.

Samen zitten we aan de gezellige bar. Een glaasje bier bestellen kan niet meer. Het is te laat, de tap is al schoon. Wel kunnen we een flesje krijgen zonder glas. De Party-DJ herkent ons en schreeuwt dat luid door de microfoon. Plots staan er twee extra flesjes groen voor onze neus. Wat een mooi volk is dat Goorse volk toch!

Het Duitstalige levenslied klinkt tot in de kleine uurtjes. Elk kwartier wordt omgeroepen dat het nu echt het laatste rondje is.
Party DJ!  Spiel noch einmal für mich und mein großer freund. Ik voel me thuis. Ik ben thuis…in ons mooie Goor.

 

Namens Niels,

een fijne dag verder…