Enschede is in de ban van de toeristenbus. U kent ze wel, die hop on/hop off-dingen waar je zweert nooit in te willen zitten en toch altijd weer in terecht komt. Zou de OAD nog een mooi klassiek voertuig in de garage hebben staan? Ziet U ‘m al rijden door Goor? Met links geschilderd d’r in en rechts d’r oet…..
De rit begint in de haven. D’r oet bij Eternit. Is er in Nederland een fabrikant geweest wiens product meer doden heeft veroorzaakt? Alleen de vraag stellen is al een interessant gegeven voor dagjesmensen van camping, pak ‘m beet, Bergzicht. D’r in.
Linea directa door naar de wijk Hogenkamp, waar enkele bewoners de toeristen haarfijn kunnen uitleggen dat asbest een prachtig product is. D’r oet. Op de plek waar volgende week het houtkamp is, staat een groot videoscherm waarop gekeken kan worden naar de spectaculaire landing van een luchtballon in de wijk. D’r in.
We zijn vlakbij het voormalige TSB-complex. De Twentsche Stoomblekerij, exponent van de textielindustrie. Terwijl de gids nog vertelt over opkomst en ondergang ervan, houden we halt bij het graf van Thomas Ainsworth. D’r oet. Op het kerkhof schuin tegenover de Schoolfeestweide. Vriend Ainsworth lag er een paar jaar geleden nog bij als een zwerver maar, eerlijk is eerlijk, het graf is mooi opgeknapt. Voor de historische leken onder ons: Ainsworth stichtte in 1833 de eerste weefschool in Twente waarin werken met de snelspoel centraal stond. Snel spoelen, en dan vooral de kelen, gebeurt jaarlijks 50 meter verderop. D’r in. Het School- en Volksfeest. D’r oet voor een (foto)tentoonstelling in de toiletten. Tip: niet meer schoonmaken na de laatste zondag in juni. En het geluid van de Rellie op de speakers. Geeft een realistisch tintje aan de expositie en bevordert de doorstroming van de rondrit.
D’r in. De 2e wereldoorlog. D’r oet bij de bomscherf in het centrum en het Joodse kerkhof. D’r in voor de laatste halte. De oudheidkamer. Een beetje gids vertelt tussendoor over de huizen waar markante Gorenaren hebben gewoond of nog steeds wonen. Er zijn er nogal wat en het aantal groeit nog steeds. Of we op iedereen even trots moeten zijn….. Da’s aan U. D’r oet……
Bert Schabbink